top of page
Zoeken
Foto van schrijverSven Goedertier

Bewijs van Jezus' kruisiging op 03 april 33 n.Chr.

Bijgewerkt op: 2 apr. 2022

"Ook Christus heeft, als een onschuldige voor schuldigen, geleden voor onze zonden, voor eens en altijd, om ons bij God terug te brengen. Hij is lichamelijk gestorven, maar is weer levend gemaakt door de Geest." (1 Petrus 3: 18 - HTB)


Op welke dag werd Jezus gekruisigd?


Er zijn verschillende aanwijzingen uit de Bijbel die ons naar het exacte tijdstip (jaar, maand, dag en uur) leiden waarop Jezus stierf. Laten we dit eens naderbij bekijken...


Aanwijzing # 1: Het hogepriesterschap van Kajafas

De evangeliën tonen aan dat Jezus gekruisigd werd tijdens het hogepriesterschap van Kajafas in de eerste Eeuw (Mattheüs 26:3-4 en Johannes 11:49-53). We weten uit andere bronnen dat hij hogepriester was van 18 tot 36 na Chr.. De dood van Jezus valt dus binnen dat tijdsbestek.


Aanwijzing # 2: Het gouverneurschap van Pontius Pilatus

In alle 4 de evangeliën staat dat Jezus gekruisigd werd in opdracht van Pontius Pilatus (Mattheüs 27:24-26, Marcus 15:15, Lucas 23:24 en Johannes 19:15-16). We weten uit andere bronnen dat hij gouverneur over Judea was van 26 tot 36 na Chr.. We kunnen het tijdsbestek dus met enkele jaren inkorten.


Aanwijzing # 3: Na "het vijftiende jaar van Tiberius Caesar"

In het Evangelie van Lucas lezen we wanneer de bediening van Johannes De Doper begon: "Keizer Tiberius was al vijftien jaar aan het bewind...Toen Johannes, de zoon van Zacharias, in de woestijn was, hoorde hij de stem van God." (Lucas 3:1-2). Dit leidt tot een specifiek jaar: 29 na Chr. Alle vier de Evangeliën tonen aan dat de bediening van Christus begonnen is na die van Johannes De Doper (Mattheüs 3, Marcus 1, Lucas 3 en Johannes 1), dus kunnen we het tijdsbestek nog verder inkorten. De dood van Christus moet in een tijdsspanne van zeven jaar liggen: tussen 29 en 36 na Chr..


Aanwijzing # 4: Gekruisigd op een vrijdag

Alle vier de Evangeliën zeggen dat Jezus op een vrijdag gekruisigd werd (Mattheüs 27:62, Marcus 15:42, Lucas 23:54 en Johannes 19:42), vlak vóór een Sabbat, hetgeen net voor de eerste dag van de week (zondag) was (Mattheüs 28:1, Marcus 16:2., Lucas 24:1 en Johannes 20:1).


We weten dat het een vrijdag was, want er werd naar die dag verwezen als zijnde "de dag van voorbereiding", dat is de dag waarop de Joden de voorbereidingen voor de Sabbat deden omdat ze op de Sabbat zelf geen werk mochten verrichten. Zo kunnen we zes dagen van de week uitsluiten, maar er zijn natuurlijk heel wat vrijdagen tussen 29 en 36 na Chr..


Aanwijzing # 5: Een vrijdag met Pesach

De evangeliën zijn het er ook over eens dat Jezus gekruisigd werd in samenhang met het jaarlijkse Pesach-feest (Mattheüs 26:2, Marcus 14:1, Lucas 22:1, Johannes 18:39). Wanneer Johannes de ochtend van Goede Vrijdag beschrijft, geeft hij aan dat de Joodse autoriteiten het Pesachmaal nog niet hadden gegeten:


ʼs Morgens in alle vroegte brachten zij Jezus van het paleis van Kajafas naar het paleis van de Romeinse gouverneur. Maar zij gingen er niet naar binnen, om zich niet te verontreinigen door het huis van een heiden binnen te gaan. Als zij dat gedaan hadden, zouden ze niet mogen eten van het lam dat met Pesach, het Joodse Paasfeest, geofferd werd. Daarom kwam gouverneur Pilatus naar buiten en vroeg: ‘Waarvan beschuldigt u Hem?’ (Johannes 18:28-29)

Dat suggereert dat het Pesach op vrijdag bij zonsondergang zou zijn begonnen. Ze vierden een Pesach dat begon op wat wij vrijdagavond zouden noemen. Dat verkleint de lijst van mogelijke data tot slechts een paar. Hier is een complete lijst van de dagen tussen 29 en 36 n. Chr. op welke avonden het Pesach begon:


  • Maandag 18 april 29 na Chr.

  • Vrijdag 7 april 30 na Chr.

  • Dinsdag 27 maart 31 na Chr.

  • Maandag 14 april 32 na.Chr.

  • Vrijdag 3 april 33 na Chr.

  • Woensdag 24 maart 34 na Chr.

  • Dinsdag 12 april 35 na Chr.

  • Zaterdag 31 maart 36 na Chr.

Zoals je kunt zien, hebben we nog maar twee kandidaten over: Ofwel werd Jezus gekruisigd op vrijdag 7 april 30 n. Chr., ofwel op vrijdag 3 april 33 n. Chr.


Aanwijzing # 6: Johannes' drie Pesachs

Het Evangelie van Johannes vermeldt drie verschillende Pesachfeesten tijdens de bediening van Jezus:

  • Pesach #1: Dit staat in Johannes 2:13, aan het begin van Jezus' bediening.

  • Pesach #2: Dit staat in Johannes 6:4, in het midden van Jezus' bediening.

  • Pesach #3: Dit staat in Johannes 11:55 (en wordt daarna vaak genoemd), aan het einde van Jezus' bediening.

Dat betekent dat de bediening van Jezus iets meer dan twee jaar moet hebben geduurd. Een vollediger behandeling zou uitwijzen dat het ongeveer drie en een half jaar duurde, maar zelfs als we aannemen dat het onmiddellijk voor Pesach # 1 begon, toont de toevoeging van nog twee Pesach-avonden aan dat het op zijn minst meer dan twee jaar heeft geduurd. Dat betekent dat het 30 n. Chr. niet kan zijn.


Er is niet genoeg tijd tussen het vijftiende jaar van Tiberius Caesar - 29 na Chr. - en het Pesach van het volgende jaar om een bediening van minstens twee jaar te houden. De cijfers kloppen niet. De datum van Jezus' dood moet vrijdag 3 april 33 na Christus zijn.


Aanwijzing # 7: "Het negende uur"

Mattheüs, Marcus en Lucas geven elk aan dat Jezus stierf op "het negende uur" (Mattheüs 27:45-50, Marcus 15:34-37, Lucas 23:44-46). "Het negende uur" is wat wij vandaag de dag zouden aanduiden als 15:00 of 3u in de namiddag. Dit stelt ons in staat om het tijdstip van Jezus' dood te beperken tot een zeer specifiek punt in de geschiedenis: rond 15:00 op vrijdag 3 April, A.D. 33.


Dit is wanneer het gebeurde. Al het bewijs wijst naar vrijdag 3 april AD 33 als de datum waarop Jezus Christus stierf, en kan worden bevestigd door talrijke geleerden, waaronder Colin J. Humphreys en W.G. Waddington(1). In feite heeft Daniël het bevestigd in zijn zeventig-weken profetie (Daniël 9:25).


Meer bewijs


Naast bijbels bewijs is er ook astronomisch, seismologisch en historisch bewijs voor Jezus' kruisiging op 3 april 33 na Christus. Laten we eens kijken...



1. Bewijs van de aardbeving. Onmiddellijk nadat Jezus aan het kruis stierf, vond er een grote aardbeving plaats (Mattheüs 27:50-51). De National Oceanic And Atmospheric Administration (NOAA) houdt een database bij van historische aardbevingen. Van 1 tot 50 n.Chr. vond er slechts één significante aardbeving plaats in Israël en deze vond plaats in 33 n.Chr. volgens vier verschillende bronnen - een vijfde bron vermeldt de datum van 33 n.Chr., maar probeert de mogelijkheid te negeren puur vanwege de geestelijke implicaties. Lees meer: Grootste Aardbevingen van de Bijbel.




2. Bewijs van duisternis op het middaguur. Het Nieuwe Testament vermeldt de drie uur durende duisternis tijdens de kruisiging van Christus (Mattheüs 27:45, Marcus 15:33, Lucas 23:44-45). Maar het wordt ook bevestigd door vier andere geschiedschrijvers buiten de Bijbel: Phlegon, Thallus, Africanus en Tertullianus. Zo wijst een geschiedschrijving van Hiëronymus, wiens bron de wereldlijke geschiedschrijver Phlegon was, de duisternis die drie uur duurde op de dag dat Christus stierf (van ongeveer 12.00 uur tot 15.00 uur) aan op het vierde jaar van de 202e Olympiade (32 of 33 n. Chr.). Lees meer: Is er historisch bewijs voor de duisternis & aardbeving bij de kruisiging? en Darkness at Noon.




3. Jezus aan het kruis: planetaire uitlijning. Op 3 april 33 na Chr. stonden de planeten Saturnus, Uranus, Jupiter, Aarde en Venus op één lijn om wat lijkt op Jezus aan het kruis te vormen met het hoofd, de handen gespreid en de benen bij elkaar in nauwkeurige positionering, rotatie en op een galactische schaal. Zelfs de ringen van Saturnus kunnen gezien worden als de 'halo' of 'doornenkroon'. Deze uitlijning blijkt tussen het jaar 0 en 2000 n. Chr. slechts zes keer te hebben plaatsgevonden, wat neerkomt op eens in de 333 jaar! Gewoon toeval?




4. Bewijs van maansverduistering. Er bestaat consensus over de vraag of de natuurkundige verschijnselen die met de dood van Christus in verband worden gebracht, honderden jaren tevoren door de profeet Joël werden voorspeld. De profeet Joël voorspelde: "De zon zal in duisternis worden veranderd en de maan in bloed... En een ieder die de naam van de Here aanroept, zal gered worden." (Joël 2:31,32) De zon werd midden op de dag verduisterd tijdens de kruisiging, en het toeval wilde dat, na de drie uur van duisternis, een gedeeltelijke maansverduistering zichtbaar was over Israël zodra de maan opkwam die nacht, vrijdag 3 april 33 AD! Wanneer maansverduisteringen hoger aan de hemel staan zien ze er vaak lichtrood of oranje uit, maar wanneer ze laag aan de horizon staan, zoals die nacht het geval was, worden de rode tinten vaak donkerder tot de kleur van bloed en lijken ze dus "bloedrood". Deze maansverduistering duurde 333 minuten en was 66 graden aan de horizon.


Alles bij elkaar genomen, mogen we aannemen dat Jezus op 3 april 33 na Christus gekruisigd werd, en daarom op zondag 5 april 33 na Christus zou zijn opgestaan.


Een verbazingwekkend patroon dat je hierboven misschien hebt opgemerkt is het steeds terugkeren van het getal 3. Het is maar dat je het weet, het getal 3 wordt 467 keer in de Bijbel gebruikt, en is het getal van volmaaktheid, of voltooiing, dat volledigheid uitbeeldt, zij het in mindere mate dan 7. Het getal 3 is belangrijk in verband met de opstanding. Jezus bad bijvoorbeeld 3 keer in de Hof van Gethsemane voor Zijn arrestatie. Hij werd op het 3e uur van de dag (9 uur 's morgens) aan het kruis geplaatst en stierf op het 9e uur (15:00 's middags/ 3 p.m.). Er waren 3 uren van duisternis die het land bedekten terwijl Jezus aan het kruis leed, van het 6e uur tot het 9e uur. Christus was 3 dagen en 3 nachten dood voor Zijn opstanding!


Dus, we kunnen samenvatten: Toen Jezus de verklaring uitsprak, "Het is volbracht!" (Johannes 19:30) seconden voor Zijn dood, was dat om precies 15.00/3 p.m. op 3 april 33 na Christus; terwijl de planetaire uitlijning van Jezus aan het kruis, die ongeveer eens in de 333 jaar voorkomt, op dit exacte tijdstip aan de hemel stond, samen met de maansverduistering die 333 minuten en 66 (33x2) graden aan de horizon duurde! Alleen God kon zoiets orkestreren.


Dit zijn krachtige bewijzen voor de historiciteit van de kruisiging van Christus op 3 april 33 na Christus. De kruisiging van Jezus was een echte historische gebeurtenis.



BRON: Integraal overgenomen van: christianevidence.net. Vertaling: Sven Goedertier)


(1) Humphreys, C. J. and W. G. Waddington. 1983. Dating the Crucifixion. Nature 306, no. 5945:743–746

84 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentários


bottom of page